Beschrijving van de brilkaaiman
Leefgebied van de brilkaaiman
De brilkaaiman is een krokodil die inheems is in het noorden van Zuid-Amerika, Midden-Amerika en bepaalde delen van het Caribisch gebied. Ze komen oorspronkelijk uit Brazilië, Colombia, Costa Rica, Ecuador, El Salvador, Frans-Guyana, Guatemala, Guyana, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Peru, Suriname, Trinidad, Tobago en Venezuela. Ze zijn geïntroduceerd in Florida, Cuba en Puerto Rico.
Habitat
Ze leven zowel in zoetwaterhabitats als in sommige zoutwaterhabitats. Ze geven de voorkeur aan rivieren en wetlands met meestal langzaam stromend water. Ze worden zowel in diep als in ondiep water aangetroffen. Ze hebben net genoeg waterdiepte nodig om hun lichaam onder te dompelen.
Uiterlijk
Brilkaaimannen zijn kleine tot middelgrote krokodillen die doorgaans 1,5 tot 2,1 meter lang zijn. Vrouwtjes zijn kleiner dan mannetjes. Gemiddeld zijn volwassen dieren dof olijfgroen tot bijna zwart met variabele gele of zwarte dwarsbanden. Ze hebben lange snuiten en hun vierde onderkaaktand is niet zichtbaar vanaf de buitenkant van hun gesloten kaak. De jongen zijn geelachtig van kleur met donkerdere banden en vlekken. Ondersoorten variëren in kleur en schedelgrootte.
Wetenswaardigheden
- De Nederlandstalige naam brilkaaiman is te danken aan de opstaande benige rand tussen de ogen die de kaaiman een bebrild uiterlijk geeft.
- Het nest, de eieren en de jongen worden zowel door het mannetje als het vrouwtje bewaakt.
- De temperatuur tijdens de incubatie beïnvloedt de geslachtsbepaling.
Voedsel in de natuur
Brilkaaimannen zijn vleesetende generalisten. Prooisoorten veranderen naarmate de brilkaaimannen groeien. Het dieet bestaat uit minstens 105 soorten prooien waaronder insecten, slakken, garnalen, krabben, vissen, hagedissen, slangen, schildpadden, vogels en zoogdieren.
Kannibalisme kan voorkomen, vooral bij droogte, wanneer veel kaaimannen van verschillende grootte geconcentreerd zijn in kleine gebieden. Ze kunnen echter ook verrassend niet agressief en tolerant zijn bij tijdelijk dichte concentraties tijdens het droge seizoen.
Gedrag
Brilkaaimannen leven soms in losse groepen, maar zijn over het algemeen solitair, behalve tijdens de paartijd. Ze blijven in hetzelfde territorium en bewegen het grootste deel van de dag niet. Tijdens de hitte van de middag blijven ze onder water. Van ’s ochtends tot vroeg in de middag zonnebaden ze op de walkant. Ze kunnen snel reageren op bepaalde situaties, zoals het vangen van prooien. Brilkaaimannen foerageren doorgaans ’s nachts.
Tijdens de paartijd worden ze territoriaal en agressief. De sociale rang wordt bepaald door de grootte, waarbij grotere dieren dominanter zijn. Dieren met een hogere sociale rang hebben doorgaans meer kans om te paren.
Brilkaaimannen gebruiken smaak, tast, geluid en zicht voor sociale communicatie en de balts. Het vermogen om trillingen in het water te detecteren helpt bij het vinden van prooien.
Predatie
Tijdens de nestperiode vernietigen reuzenteju’s op sommige plaatsen tot 80% van de nesten. Witsnuitneusberen en vossen plunderen ook nesten. Jongen worden gegeten door grote vissen, waadvogels, grote slangen en andere krokodilachtigen. Volwassen brilkaaimannen kunnen zichzelf verdedigen tegen de meeste potentiële roofdieren, behalve tegen mensen.
Voortplanting in de natuur
Het baltsgedrag bestaat uit samen zwemmen, over de rug wrijven, brullen, de snuit aanraken, om elkaar heen cirkelen en bellenblazen. Beide geslachten gebruiken dit gedrag om een partner te lokken.
De balts en de paring vinden doorgaans plaats in het natte seizoen van april tot augustus, afhankelijk van de plaatselijke klimatologische omstandigheden. Mannetjes paren met meerdere vrouwtjes en vrouwtjes paren met meerdere mannetjes.
Na de paring bouwt het vrouwtje, soms bijgestaan door het mannetje, een nest in de vorm van een heuveltje van bladafval. Het nest bevindt zich in het territorium van het mannetje.
Enkele weken na de balts en de paring, in de periode juli tot augustus, legt het vrouwtje 10 tot 30 ovale eieren met een harde schaal in het nest. Zodra de eieren zijn gelegd, dekt ze het nest af met meer bladafval. Het vrouwtje, en soms ook mannetje, bewaken het nest tegen roofdieren totdat ze de jongen horen roepen met een grommend gepiep. Het vrouwtje helpt vervolgens om de eieren bloot te leggen en de schalen open te breken om de jongeren eruit te kunnen halen.
Het geslacht wordt ongeveer halverwege de incubatie bepaald door de temperatuur in het nest. De ontbindende vegetatie in het nest, die wel een meter hoog en twee meter in doorsnee kan zijn, helpt om de temperatuur op het juiste niveau te houden. Een gemiddelde nesttemperatuur van 30 graden zal voornamelijk vrouwtjes voortbrengen en bij 34 graden worden voornamelijk mannetjes voortgebracht.
Na een incubatieperiode van 65 tot 104 dagen komen de jongen uit het ei en verhuizen ze, met wat hulp van hun ouders, naar het dichtstbijzijnde water. De ouders kunnen incidenteel wat voedselresten aan de jongeren verstrekken, maar jonge kaaimannen vangen het voedsel voor het grootste deel zelf. De jongen blijven nog ongeveer 1,5 jaar bij hun ouders en krijgen zo enige bescherming tegen roofdieren. In sommige situaties blijven jonge brilkaaimannen langere tijd dichter bij hun ouders.
De jongen groeien vervolgens uit tot een volwassen dier met een lengte van ongeveer 1,2 tot 1,4 meter, wat overeenkomt met een leeftijd van 4 tot 7 jaar. Zodra ze deze lengte hebben bereikt, kunnen ze zich voortplanten. Als ze lang genoeg blijven leven, kunnen ze blijven groeien tot ze een lengte van meer dan 2,4 meter bereiken.
De sociale status beïnvloedt de groeisnelheid en reproductie. Sommige jongere, kleinere brilkaaimannen zullen niet kunnen paren vanwege sociale stress vanwege de aanwezigheid van grotere, meer dominante brilkaaimannen.
Er is zeer weinig bekend over de levensduur van brilkaaimannen. De langst bekende levensduur in het wild werd geschat op ongeveer 60 jaar oud. Een leeftijd van 30 tot 40 jaar is echter vrij normaal. De gemiddelde levensduur in gevangenschap is 20 jaar.
Bedreiging
Het totale aantal in het wild levende brilkaaimannen wordt geschat op meer dan 1 miljoen. Dit heeft de kaaiman waarschijnlijk te danken aan het feit dat hun huid niet zo geschikt is om krokodillenleer van te maken. De jongen werden vroeger massaal gevangen voor de handel in exotische dieren en tevens werden de juvenielen vaak gedood en opgezet om als souvenir te worden verkocht.
Door de grote verspreiding en algemene voorkomen is de brilkaaiman een ecologisch belangrijke soort. In gebieden waar de brilkaaiman achteruit ging, bleken ook bepaalde vissoorten een terugval te laten zien, omdat de door de kaaiman onder controle gehouden roofvissen in aantal toenamen. Ook is de brilkaaiman een van de weinige soorten die geprofiteerd hebben van de jacht op andere krokodillen, waarvan de leefgebieden werden ingenomen.
De populaties brilkaaimannen zijn in sommige delen van hun verspreidingsgebied nog steeds relatief stabiel, hoewel ze in veel lokale gebieden ernstig zijn gedecimeerd of uitgeroeid, vooral in de buurt van menselijke bevolkingscentra.
Door de internationale natuurbeschermingsorganisatie IUCN is de beschermingsstatus ‘niet bedreigd’ toegewezen (Least Concern of LC).
Bronnen:
- Brilkaaiman. (2023, juni 7). Wikipedia, de vrije encyclopedie. Opgehaald 13:46, oktober 14, 2023 van https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Brilkaaiman&oldid=64437163
- Terry, K. 2010. “Caiman crocodilus” (On-line), Animal Diversity Web. Accessed October 14, 2023 at https://animaldiversity.org/accounts/Caiman_crocodilus/
- Balaguera-Reina, S.A. & Velasco, A. 2019. Caiman crocodilus. The IUCN Red List of Threatened Species 2019: e.T46584A3009688. https://dx.doi.org/10.2305/IUCN.UK.2019-1.RLTS.T46584A3009688.en Accessed on 15 October 2023.
Caiman crocodilus
Naam | Brilkaaiman |
Klasse | Reptilia (Reptielen) |
Orde | Crocodilia (Krokodilachtigen) |
Familie | Alligatoridae (Alligators en kaaimannen) |
Geslacht | Caiman (Brilkaaimannen) |
Soort | Caiman crocodilus |
Lengte | Doorgaans 1,5-2,1 meter |
Staartlengte | |
Gewicht | 7-58 kg, Gemiddeld 40 kg |
Broedinterval | Jaarlijks |
Leggen eieren | juli-augustus |
Aantal legsels | 1 |
Aantal eieren | 10-30 eieren |
Incubatietijd | 65-104 dagen |
Geslachtsrijp | 4-7 jaar |
Levensduur | 30-40 jaar |
Voeding in de natuur | Insecten, slakken, garnalen, krabben, vissen, hagedissen, slangen, schildpadden, vogels en zoogdieren. |
Leefgebied | Het noorden van Zuid-Amerika, Midden-Amerika en bepaalde delen van het Caribisch gebied |
Groep/solitair | Groepjes en solitair |
Fokprogramma | – |
CITES | Appendix II (29-07-1983) |
EU Listing | Annex B (20-05-2023) |
IUCN | Niet bedreigd (LC, 8-02-2016) |
Ontdek meer van zoo-dieren.nl
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.