Andesgans

Beschrijving van de Andesgans

Leefgebied

De Andesgans leeft tussen de 3000 en 4700 meter hoogte in het Andesgebergte in Zuid-Amerika. Hij komt zuidwaarts voor van het midden van Chili en het noordoosten van Argentinië tot noordwaarts in het oosten van Bolivia en het oosten en het zuidoosten van Peru.

Hun habitat bestaat uit open graslanden, moerassen, vochtige bergvalleien, vlaktes met rivieren en oeverweiden van lagunes en meren.

Uiterlijk

Andesganzen zijn grote, wit met zwarte ganzen met een rode snavel en oranje poten. Beide geslachten hebben hetzelfde verenkleed, maar het mannetje wordt iets groter dan het vrouwtje. Ze worden 70 tot 80 cm groot en wegen 2,5 tot 3,5 kg. De spanwijdte bedraagt 140 cm. Het verenkleed is wit met een zwarte staart en zwarte vleugeltoppen.

Voortbeweging

Andesganzen zijn goede vliegers maar zwemmen vermijden ze zoveel mogelijk.

Wetenswaardigheden

  • Andesganzen hebben een mutatie in hun hemoglobine wat zorgt voor een enorme toename van de zuurstofopname.

Voedsel in de natuur

Andesganzen foerageren op het land en eten bijna alleen maar grassen. Heel af en toe eten ze waterplanten. Soms worden ze door mensen gegeten, maar het vlees van de volwassen vogels ruikt niet lekker en is donker en taai.

Gedrag

Andesganzen zijn standvogels en leven het grootste deel van het jaar in groepen die veel lawaai maken. Ze zijn onderling niet agressief. Tijdens het broedseizoen leven ze in paartjes. Ze zijn niet territoriaal behalve in het broedseizoen, dan jagen ze alle indringers weg.

Ze leven voornamelijk op het land en gaan niet vaak het water in, tenzij ze jongen hebben en er gevaar dreigt. Het mannetjes zwemt dan voor de jongen en het vrouwtje zwemt achter ze.

Predatie

Als er gevaar dreigt vliegen ze weg gaan of gaan ze, vooral als ze jongen hebben, het water in.

Voortplanting in de natuur

Het broedseizoen begint in november. Ze maken dan op de grond een nest in een kuiltje onder wat vegetatie, op een helling bij het water. Het nest wordt net onder de sneeuwgrens gemaakt. In het nest worden 5 tot 10 vuilwitte, glanzende eieren van 112 gram gelegd. Het vrouwtje broed de eieren in 30 dagen uit, terwijl het mannetje de wacht houdt.

De jongen zijn nestvlieders en hebben een donzig, gestreept verenkleed. Na 3 maanden hebben ze hun volledige verenkleed en vliegen ze uit. Na 3 jaar zijn ze geslachtsrijp.

Bedreiging

Andesganzen komen wijdverspreid voor en de populatie is groot. Bovendien leven ze in onherbergzaam gebied. Daarom zijn ze door de IUCN geclassificeerd als “Niet Bedreigd”.

Bronnen:

Chloephaga melanoptera

NaamAndesgans
KlasseAves (vogels)
OrdeAnseriformes (Eendvogels)
FamilieAnatidae (Eenden, ganzen en zwanen)
GeslachtChloephaga
SoortChloephaga melanoptera
Grootte70-80 cm 
Spanwijdte140 cm 
Gewicht man2,5-3,5 cm 
BroedintervalJaarlijks
BroedperiodeNovember
NestOp de kale grond onder wat vegetatie. 
Aantal eieren5 tot 10 eieren
Gewicht eieren112 gram 
Broedtijd30 dagen
Uitvliegen12 weken 
Geslachtsrijp3 jaar 
Levensduur 
Voeding in de natuurGrassen en waterplanten
LeefgebiedHet Andesgebergte in Zuid-Amerika
Groep/solitairGroepen behalve in het broedseizoen
Fokprogramma
CITES
EU Listing
IUCNNiet bedreigd (LC)

Ontdek meer van zoo-dieren.nl

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Scroll naar boven