Blauwbuikscharrelaar

Beschrijving van de blauwbuikscharrelaar

Leefgebied

De blauwbuikscharrelaar komt voor in een brede zone ten zuiden van de Sahara tussen het zuiden van Mauritanië en Senegal tot in het zuidwesten van Tsjaad en de Centraal-Afrikaanse Republiek. Verder ook nog aan de noordelijke randen van de zone waar het regenwoud begint.

Ze leven in beboste savannes, boomplantages, langs bosranden, recent verbrand land en bossen in de buurt van moerassen. Ze komen vooral voor in een bepaald type bos dat bestaat uit onder meer Palmyra palmen en boomsoorten uit het geslacht Isoberlinia, die vaak voorkomen op de overgang tussen regenwoud en savanne.

Uiterlijk

De blauwbuikscharrelaar is een kleine vogel met een relatief grote kop. De 4 cm lange snavel is wat naar beneden gebogen en de poten zijn kort. Het lichaam is wat gedrongen. De kop en de borst zijn crème met een roodbruine gloed. De rug en de schouders zijn bruinzwart en de vleugels zijn donkerblauw tot groen. De golvende staart is vrij lang en azuurblauw. De rest van de veren zijn blauw. De snavel en de oogstreep zijn donker.

De vogel is 28 tot 30 cm lang, met volgroeide staartuiteinden is de vogel 6 cm langer. Het mannetje weegt 112 tot 178 gram, het vrouwtje 110 tot 150 gram. De gemiddelde spanwijdte is 35,9 cm.

Voortbeweging

Tijdens de balts vliegt het mannetje onder luid geroep door de lucht en maakt dan enkele buitelingen om daarna weer op te gaan stijgen.

Wetenswaardigheden

  • Ze gaan vaak tien meter boven de grond in een boom zitten om dan naar de grond te duiken om insecten te vangen.
  • Ze gaan op bosbranden en branden op savannes af om zich daar te goed te doen aan insecten die voor het vuur op de vlucht zijn.

Voedsel in de natuur

Over het algemeen eten ze ongewervelden zoals kevers, sprinkhanen, vliegende mieren en termieten. Daarnaast eten ze ook kleine gewervelde dieren waaronder de gladde slang. Ook eten ze fruit van de palmolieboom.

Gedrag

Blauwbuikscharrelaars zijn sociale vogels die in groepjes van 3 tot 7 vogels leven. Er zijn echter ook wel grotere groepen van 20 vogels waargenomen. Ze zijn territoriaal en vallen iedere vogel aan die in de buurt van het nest komt. Sommige vogels migreren in het natte seizoen (in de winter).

Ze foerageren vaak door tien meter boven de grond in een boom te gaan zitten en dan naar de grond te duiken om insecten te vangen. Ook gaan ze op bosbranden en branden op savannes af om zich daar te goed te doen aan insecten die voor het vuur op de vlucht zijn.

Predatie

Deze vogels zijn groot, krachtig en wendbaar genoeg om te ontsnappen aan predatoren zoals carnivoren, knaagdieren, slangen en havikachtigen. De eieren en de jongen zijn het kwetsbaarst.

Voortplanting in de natuur

Tijdens de balts maken deze volgens een schor, rollend geluid om de aandacht te trekken van een partner. Een mannetje paart met meerdere vrouwtjes. Blauwbuikscharrelaars staan erom bekend dat een mannetje met een tussenpoos van tien minuten met twee vrouwtjes paart. Wel drie mannetjes paren met hetzelfde vrouwtjes.

Ze broeden van april tot juli en leggen meestal 2 tot 3 eieren per seizoen. Beide ouders broeden de eieren in 18 tot 20 dagen uit. Na 30 dagen vliegen de jongen uit maar dan worden ze nog 22 dagen door de ouders gevoerd. De ouders voeren de jongen door het uitbraken van voedsel. Na 40 dagen zijn de jongen onafhankelijk.

In de natuur kunnen deze vogels 8-9 jaar worden.

Bedreiging

De grootte van de populatie is niet gekwantificeerd. De vogel is plaatselijk algemeen, maar in het leefgebied wordt veel gekapt, waardoor de vogel in aantal achteruitgaat. Het verspreidingsgebied is echter groot en het tempo van de aantasting ligt onder de 30% in tien jaar (minder dan 3,5% per jaar). Om deze reden staat de blauwbuikscharrelaar als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN. 

Bronnen:

Coracias cyanogaster

NaamBlauwbuikscharrelaar
KlasseAves (Vogels)
OrdeCoraciiformes (Scharrelaarvogels)
FamilieCoraciidae (Scharrelaars)
GeslachtCoracias
SoortCoracias cyanogaster
Grootte28-30 cm 
Spanwijdte35,9 cm 
Gewicht man112-178 gram 
Gewicht vrouw110-150 gram 
BroedintervalJaarlijks 
BroedperiodeApril-juli
Broedtijd18-20 dagen
NestIn een boom 
Aantal eieren2-3 eieren
Uitvliegen30 dagen 
Geslachtsrijp1 jaar
Levensduur8-9 jaar in de natuur
Voeding in de natuurKevers, sprinkhanen, vliegende mieren, termieten, kleine gewervelde dieren,  fruit van de palmolieboom. 
LeefgebiedBrede zone ten zuiden van de Sahara tussen het zuiden van Mauritanië en Senegal tot in het zuidwesten van Tsjaad en de Centraal-Afrikaanse Republiek. 
Groep/solitairGroepjes van 3 tot 20 vogels
Fokprogramma– 
CITES– 
IUCNNiet bedreigd (LC)

Ontdek meer van zoo-dieren.nl

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Scroll naar boven