Papegaaiachtigen

De blauw-gele ara leeft in een subtropisch tot tropisch klimaat in Zuid-Amerika. Ze leven in warme gebieden waar het zowel droog als juist erg vochtig kan zijn. Deze vogel is vaak te vinden in de regenwouden.

Blauwkeelara’s zijn ongeveer 75 tot 85 centimeter groot. De spanwijdte bedraagt 90 cm. De vogels bereiken een gewicht van ongeveer 600 tot 1000 gram. Ze hebben felle kleuren met turkoois blauwe vleugels en staart.

De bleekkoprosella leeft in het oosten van Australië. Hij leeft bij voorkeur in open bossen, maar heeft zich aangepast aan het door de mens veranderde landschap en kan zelfs een plaag worden voor boomgaarden en graangewassen.

De Chinaparkiet is met 50 centimeter groter dan de meeste soorten parkieten. Ze hebben een groen verenkleed met zwarte wangen. Een deel van hun verenkleed is grijsblauw en hun kop is violetblauw.

Edelpapegaaien bewonen oerwouden, gedeeltelijk beboste gebieden, boomsavannen en mangroven tot op hoogtes van 1000 meter. Ook brengen ze regelmatige bezoeken aan landbouwgebieden waar ze zich te goed doen aan de aldaar verbouwde gewassen, zoals maïs.

De geelbuikrosella komt van nature alleen voor in Tasmanië en een groot aantal eilanden voor de kust van Tasmanië. Ze leven hier in savannes, regenwouden, struikheidegebieden, graslanden met verspreid voorkomende bomen, boomgaarden, parken en tuinen.

De grijze roodstaartpapegaai komt van nature voor in equatoriaal Afrika, in landen als Sierra Leone, Ghana en Ivoorkust, en op het eiland Principe in de Golf van Guinee. Ze komen tot 2200 meter hoogte voor.

Groenvleugelara’s leven zowel in paren als in kleine familiegroepjes. Ze kunnen giftige zaden, noten en vruchten eten. Hiervoor moeten ze wel speciale klei eten die antigif bevat. Deze speciale klei is te vinden in gebieden, zoals in Zuidoost-Peru.

Het natuurlijke leefgebied van de grote geelkuifkaketoe bestaat uit bossen, open bosgebieden, bosranden en halfdroge gebieden met bomen tot op 1500 meter hoogte en op sommige plaatsen tot op een hoogte van wel 2400 meter.

De grote vasapapegaai leeft op Madagaskar en de Comoren. Het leefgebied varieert van vochtige dichte bossen tot open droge bossen en savannes, agrarische en bewoonde gebieden. Ze leven tot op een hoogte van 1000 m.

De holenparkiet of Patagonische rotsparkiet is een parkiet die in Chili, Argentinië en in Uruguay voorkomt. Hij leeft o.a. op de vele eilanden langs de kust waar er (bijna) geen bomen zijn.

De prachtrosella is een holenbroeder en komt van oorsprong voor in open savannen en licht beboste gebieden in het zuidelijk deel van Queensland, Nieuw-Zuid-Wales, Victoria, Zuid-Australië en Tasmanië. Buiten het broedseizoen leven prachtrosella’s in groepen of zwermen.

De regenbooglori komt van oorsprong in een groot gebied voor: oostelijk Indonesië (de Molukken en West-Papoea), Papoea Nieuw Guinee, Nieuw-Caledonië, Salomonseilanden en Vanuatu. Het leefgebied bestaat uit regenwoud en gebieden afgewisseld door bossen en struikgewassen.

De roze kaketoe is een vogel die endemisch voorkomt in Australië. Roze kaketoes kunnen een lengte bereiken van 24 tot 40 cm en wegen rond de 227 tot 380 gram. De spanwijdte bedraagt 75 cm.

De soldatenara leeft in Peru, Ecuador, Colombia, Venezuela, Mexico, Bolivia en Argentinië. Hij leeft in vochtige laaglandbossen en aangrenzende gebieden, beboste uitlopers van bergen, en in ravijnen. Verder komt hij ook voor in droge en subtropische bossen.