Huzaaraap

Beschrijving van de huzaaraap

Leefgebied

De huzaaraap komt voor op de noordelijke savannen van Afrika, van Senegal en Mauritanië via Soedan en Noord-Oeganda tot West- en Centraal-Kenia en enkele geïsoleerde populaties in Tanzania (bijvoorbeeld de Serengeti).

Ze zijn meestal te vinden op grassavannes, droge en dichte bossen met hoog gras en op met struikgewas begroeide grassteppes. Ze zijn samen met groene meerkatten en bavianen de enige Afrikaanse primaten die meer in open streken leven, andere soorten zijn meer bosbewoners. Ze kunnen goed tegen droge omstandigheden. Zo zijn ze in de buurt van de zuidelijke rand van de Sahara woestijn aangetroffen.

Uiterlijk

De huzaaraap is een slanke apensoort met lange ledematen. De ruige vacht is oranjerood op de rug, de staart en de hoofdkruin en wit of gelig wit op de onderzijde en ledematen. Het gezicht is grijs en roze tot zwart van kleur. Westelijke populaties hebben een lichtere gezichtshuid en een donkerder neus, oostelijke populaties hebben een zwarte gezichtshuid en een witte neus. Een duidelijke donkere band loopt over de wenkbrauwen.

Volwassen mannetjes hebben een scherpere tekening dan de meer doffe vacht van vrouwtjes en jonge dieren. Ook hebben ze vaak grijzere haren op de schouders. De anus van het mannetje is paars-roze van kleur, de penis is roze. De staart is dun en lang: 54 tot 74 cm, ongeveer even lang als de rest van het lichaam. De staart wordt tijdens het lopen boven de rug gehouden.

Mannelijke huzaarapen zijn veel groter dan vrouwtjes, regelmatig minstens twee keer zo groot. Het mannetje is 60 tot 87 cm lang, 34 tot 50 cm hoog en 10 tot 25 kg zwaar. Het vrouwtje is 48 tot 77 cm lang, 28 tot 45 cm hoog en 7 tot 14 kg zwaar. 

Voortbeweging

De lange ledematen zorgen ervoor dat het dier zich op de grond snel kan voortbewegen. Ze kunnen een snelheid van 55 km/u halen.

Voedsel in de natuur

De huzaaraap is een alleseter. Hij zoekt naar voedsel in kleinere groepen. Hij eet voornamelijk plantaardig materiaal als zaden, peulvruchten, bladeren, grassen, vruchten, bessen, gallen, gom, bloemen en soms insecten en andere ongewervelden, paddenstoelen, eieren en kleine gewervelde dieren. Ook bezoekt hij in de droge tijd regelmatig waterbronnen. 

Gedrag

De huzaaraap is overdag actief. ’s Nachts slaapt hij alleen of met zijn tweeën in de top van een boom.  De huzaaraap is aangepast aan het leven op de grond. 

De huzaaraap leeft in groepsverband. Een groep bestaat uit ongeveer vijfentwintig dieren, dit zijn een dominant mannetje en meerdere vrouwtjes en jongen. Volwassen mannetjes zonder groep leven alleen of in kleine vrijgezellengroepjes.

De groep is agressief tegen andere groepen huzaarapen. Bij confrontaties gedraagt de gehele groep zich agressief. Andere apensoorten worden wel getolereerd. Van een territorium mag niet worden gesproken: het woongebied overlapt meestal voor een groot gedeelte dat van andere troepen huzaarapen. Het woongebied verschilt qua grootte per seizoen en rijkdom aan voedsel. In gebieden die rijk zijn aan voedsel heeft de huzaaraap voldoende aan een kleiner woongebied, in drogere gebieden kan het woongebied wel 80 km² groot zijn. De groep legt per dag zo’n twaalf kilometer af. De apen staan regelmatig stil om de omgeving in de gaten te houden. Vooral het mannetje is zeer waakzaam en beschermt zijn troep. 

Predatie

De belangrijkste vijanden zijn luipaarden en leeuwen. Wanneer ze aangevallen worden vertrouwen ze op hun snelheid.

Voortplanting

Mannetjes die geslachtsrijp zijn verlaten de groep. Vrouwtjes blijven in de groep. De huzaaraap kent een duidelijke voortplantingstijd: van juni tot september. In deze tijd proberen meer mannetjes zich bij de groep aan te sluiten. Het dominante mannetje is echter erg agressief tegenover vreemde mannetjes.

Het mannetje wacht totdat hij benaderd wordt door een vrouwtje alvorens te gaan paren. Vrouwtjes in de vruchtbare periode tonen dit door hun wangen op te blazen, hun lippen samen te trekken en een kreunend geluid voort te brengen. Het dominante mannetje paart met meerdere vrouwtjes in de groep.

Na een draagtijd van ongeveer 24 weken worden de jongen tussen november en januari geboren. De pasgeboren jongen zijn donkerbruin van kleur. Vrouwtjes zijn na 3 jaar geslachtsrijp, mannetjes na 4-4½ jaar, alhoewel de ontwikkeling soms vertraagd is. De huzaaraap kan 24 jaar worden, maar in het wild is dat vaak niet meer dan een jaar of twintig. 

Bedreiging

De huzaaraap is niet bedreigd, maar de recente droogte in de Sahel en de ontbossing hebben zeker een nadelig effect op de aantallen. De huzaaraap kan zich echter snel aanpassen. Zo heeft de soort in verscheidene landbouwgewassen een nieuwe voedselbron ontdekt. Een groep huzaarapen kan veel schade aanrichten aan landbouwgewassen. Vooral maïs, banaan en gierst worden gegeten, evenals Lantana, katoen en schijfcactus. Om deze reden worden huzaarapen in sommige gebieden als ongedierte beschouwd en bejaagd.

Het dier wordt ook in laboratoria gehouden, er wordt op deze apen gejaagd voor het vlees en ze worden door dierenhandelaren verkocht.

Bronnen:

Erythrocebus patas

NaamHuzaaraap
KlasseMammalia (zoogdieren)
OrdePrimates (Primaten)
FamilieCercopithecidae (Apen van de Oude Wereld)
GeslachtErythrocebus (Huzaarapen)
SoortErythrocebus patas
Grootte man60-87 cm
Grootte vrouw48-77 cm
Gewicht man10-25 kg 
Gewicht vrouw7-14 kg
PaartijdJuni-september
Paringsinterval1 keer per jaar 
Draagtijd24 weken 
Nest
GeboorteNovember-januari 
Geboortegewicht500 gram 
Aantal jongen1 jong 
Spenen5½ maand
Geslachtsrijp man4-4½ jaar 
Geslachtsrijp vrouw3 jaar
Levensduur20 jaar in het wild 
Voeding
LeefgebiedNoordelijke savannen van Afrika, van Senegal en Mauritanië via Soedan en Noord-Oeganda tot West- en Centraal-Kenia en enkele geïsoleerde populaties in Tanzania.
Groep/solitairGroepsverband 
FokprogrammaESB: COLCHESTER, Sarah Forsyth
CITESAppendix II (1977)
IUCNBijna bedreigd (NT,  25-01-2020)

Ontdek meer van zoo-dieren.nl

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Scroll naar boven