Beschrijving van de zwarte brulaap
Leefgebied
De zwarte brulaap leeft in de regenwouden van centraal Zuid-Amerika, in het oosten van Bolivia, het zuiden van Brazilië, Paraguay en het noorden van Argentinië.
De habitats variëren van tropisch semi-loofbos, waar het bijna het hele jaar regent, tot tropisch bladverliezend bos met savanne-achtige openingen waar een duidelijk nat, warm seizoen en een droog, koel seizoen heerst. Zwarte brulapen hebben bossen met verschillende soorten planten nodig om in hun voedingsbehoeften te kunnen voorzien. Veel van deze habitats gaan momenteel verloren door ontbossing.
Uiterlijk
Zwarte brulapen zijn seksueel dimorf. De mannetjes wegen gemiddeld 6,7 kg en de vrouwtjes 4,4 kg. De lichaamslengte van mannetjes varieert van 52 cm tot 67 cm waarbij de staart even langs is als het lichaam. Vrouwtjes zijn gemiddeld 49 cm met een staart die iets langer is dan het lichaam.
De mannetjes en de vrouwtjes verschillen ook in kleur. Mannetjes hebben meestal zwart haar, waaraan de naam zwarte brulaap te danken is. Vrouwtjes hebben echter meer geelbruin of olijfkleurig haar. Baby’s worden geboren met een gouden vacht, die verandert naarmate ze ouder worden. De mannetjes worden na 2½ jaar zwart.
Ze hebben lange, sterke grijpstaarten. Deze staarten zijn kaal aan de onderkant, waardoor ze er als een soort 5e hand mee kunnen tasten en voelen.
Het zwarte gezicht is grotendeels kaal, met enigszins ruige wenkbrauwen. Ze hebben bruine, middelgrote ogen die in een frontale positie zijn geplaatst. De snuit is prominent aanwezig en de neusgaten liggen dicht bij elkaar.
Net als andere brulapen hebben ze een vergroot tongbeen en strottenhoofd waarmee ze het kenmerkende gehuil maken. Zwarte brulapen hebben echter een minder prominente onderkaak en nek dan sommige andere brulapen.
Voortbeweging
Zwarte brulapen komen zelden uit de bomen omdat hun voedsel volledig in het bladerdak te vinden is en hun voedsel ook voldoende vocht bevat.
Wetenswaardigheden
- Zwarte brulapen zijn een van de weinige soorten primaten waarbij mannetjes en vrouwtjes verschillende vachtkleuren hebben. Mannetjes hebben een zwarte vacht, terwijl de vrouwtjes geelbruin zijn.
- Het gehuil van zwarte brulapen, dat lijkt op een harde wind welke door een tunnel waait, is meer dan 3 km verderop te horen.
Voedsel in de natuur
Zwarte brulapen zijn folivoor. Ze eten voornamelijk bladeren, maar vullen hun dieet aan met fruit, knoppen en bloemen. Ze komen zelden uit de bomen omdat hun voedsel volledig in het bladerdak te vinden is en hun voedsel ook voldoende vocht bevat. Maar in bijzonder droge tijden zullen ze wel naar beneden komen om water te drinken in meren of om hun dieet aan te vullen met in het moeras groeiende kruiden.
Gedrag
De meeste brulapen leven in grote sociale groepen die over het algemeen uit familieleden bestaan. Deze groepen lijken matrilineair te zijn waarbij de mannetjes de geboortegroep verlaten, hoewel dit niet altijd gebeurt. De groepen bestaan meestal uit 5 tot 8 dieren. In het wild zijn echter ook wel groepen waargenomen tot 19 dieren. De groepen bestaan uit iets meer vrouwtjes dan mannetjes.
Zwarte brulapen kennen allomothering waarbij vrouwtjes andere dan hun eigen jongen dragen, verzorgen en beschermen. Soms wordt alloparenting waargenomen door mannetjes. Jonge mannetjes mogen niet aan de baby’s komen, omdat ze ze vaak mishandelen of zelfs doden.
Openlijke conflicten worden zelden waargenomen bij zwarte brulapen. Er kunnen echter wel conflicten tussen jonge mannetjes ontstaan wanneer ze zich bij andere groepen aansluiten.
Zwarte brulapen zijn territoriaal, maar lijken alleen het gebied te verdedigen waar ze zich op dat moment bevinden. Gebieden overlappen elkaar wel vaak.
Alle leden van de groep “huilen” elke ochtend om aan naburige groepen duidelijk te maken waar ze zich bevinden, vermoedelijk om de afstand tussen de groepen te bewaren.
Er is ook waargenomen dat zwarte brulapen ’s morgens en ’s avonds enorme mesthopen maken en dat ze langs takken wrijven. Dit gedrag wordt beschouwd als een manier om het territorium te markeren.
Predatie
Predatoren van brulapen zijn roofdieren zoals de ocelot en de margay en roofvogels zoals de harpij.
Voortplanting in de natuur
Het paarsysteem van zwarte brulapen is promiscue onder de leden van de groep wat wil zeggen dat ze willekeurige seksuele relaties hebben.
De draagtijd bedraagt ongeveer 187 dagen. Studies hebben aangetoond dat jongere vrouwtjes een draagtijd van 10 tot 12 maanden hebben, terwijl meer volwassen moeders een draagtijd van slechts 7 tot 10 maanden hebben.
Vrouwtjes krijgen één jong per geboorte en zorgen gedurende ongeveer een volledig jaar voor het jong voordat ze opnieuw paren. Een jong weegt bij de geboorte 113 tot 125 gram. Vrouwtjes blijven in hun geboortegroep en blijven, lang nadat ze onafhankelijk zijn, nog bij hun moeder.
Vrouwtjes zijn na ongeveer 3 jaar geslachtsrijp en mannetjes na 2½ jaar.
Bedreiging
Zwarte brulapen worden bedreigd door kaalslag en selectieve houtkap, omdat ze voor hun dieet sterk afhankelijk zijn van de biodiversiteit van overwegend oerbossen. Sommige populaties worden meer bedreigd dan anderen. Volgens het Priority Primate Conservation Projects voor de Neotropical Region worden zwarte brulapen in de Argentijnse provincies Formosa, Misiones, Salta en Corrientes bedreigd en is er een hoge prioriteit voor behoud. De jachtdruk varieert van matig in locaties zoals San José in Bolivia tot geen in het noorden van Argentinië.
Bronnen
- IUCN: Fernandez-Duque, E., Wallace, R.B. & Rylands, A.B. 2008. Alouatta caraya. The IUCN Red List of Threatened Species 2008: e.T41545A10496784. https://www.iucnredlist.org/species/41545/190414715. Downloaded on 04 March 2019.
- ADW: LaValle, A. 2000. “Alouatta caraya” (On-line), Animal Diversity Web. Accessed March 04, 2019 at https://animaldiversity.org/accounts/Alouatta_caraya/
Alouatta caraya
Naam | Zwarte brulaap |
Klasse | Mammalia (zoogdieren) |
Orde | Primates (Primaten) |
Familie | Atelidae (Grijpstaartapen) |
Geslacht | Alouatta (Brulapen) |
Soort | Alouatta caraya |
Kop-romplengte | ♂ 52 – 67 cm, ♀ 49 cm |
Staartlengte | Als lichaamslengte |
Gewicht | 6,7 kg |
Paartijd | 4,4 kg |
Paringsinterval | 14 – 16 maanden |
Draagtijd | 187 |
Geboorte | Augustus – oktober |
Geboortegewicht | 113 – 125 gram |
Aantal jongen | 1 jong |
Spenen | 8 – 12 maanden |
Geslachtsrijp | ♂ 2½ jaar, ♀ 3 jaar |
Levensduur in het wild | 15 – 20 jaar |
Voeding in de natuur | Bladeren, fruit, knoppen en bloemen. |
Leefgebied | Centraal Zuid-Amerika, in het oosten van Bolivia, het zuiden van Brazilië, Paraguay en het noorden van Argentinië. |
Groep/solitair | Groep |
Fokprogramma EAZA | EEP: WROCLAW, Marta Zajac-Ossowska | Wroclaw Zoo |
CITES | Appendix II (4/2/1977) |
EU Listing | Annex B (4/2/2017) |
IUCN | Bijna bedreigd (NT, (26-01-2015) |
Ontdek meer van zoo-dieren.nl
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.